Legionella meten in koel- en proceswater: van actienorm naar minder ziektegevallen

Het meten van Legionella in koel- en proceswater lijkt niet zo moeilijk. Neem een monster, bereid het water voor en maak een DNA-analyse of kweek koloniën die je kunt tellen. Aantal boven de actienorm? De installatie stilzetten en de bron opsporen en verhelpen.

Op 8 juni organiseerden de Expertgroepen Koelwater en Legionella van ENVAQUA samen de TechTalk ‘(on)betrouwbaar meten van Legionella in koel- en proceswater’. De 42 aanwezigen luisterden naar acht sprekers en kwamen in de discussie tijdens en na de bijeenkomst kwamen tot de conclusie dat de huidige wetgeving niet goed aansluit bij de bandbreedte die in de praktijk gezien wordt bij het meten van Legionella. Alle experts kennen de voorbeelden van log-eenheden verschil in de meting van eenzelfde monster. Tegelijkertijd is de wet zwart-wit. Als in een monster een bepaalde waarde wordt overschreden moet er gerapporteerd worden en/of actie worden ondernomen.

Hoe dan wel? De aanwezigen concludeerden dat we naar een risico-gebaseerde aanpak moeten gaan die minder direct is gebaseerd op de Legionella metingen. Het doel is het om het aantal besmettingen te beperkingen. Het risico daarop hangt af van veel factoren, waaronder de aanwezigheid van Legionella in water. De context en omgeving zijn essentieel om de gemeten waarden te interpreteren: de reactor/zuivering, windsnelheid, temperatuur van water, gedoseerde chemicaliën, andere waterkwaliteitsparameters etc. Daarnaast moet ook rekening worden gehouden met de al genoemde bandbreedte rondom de gemeten Legionella hoeveelheid.

De sprekers

Berend Bosscher van Equans presenteerde over zijn werk als beheerder van 22 koelsystemen. Hij vergelijkt drie alternatieve koelwatertechnieken met conventionele chemische methoden. Hij pleitte voor het inzetten van resump tanks om koelwater zo veel mogelijk in beweging te houden en biofilmvorming en stagnante zones te voorkomen.

Bert-Jan Kordes van Hesuma hield een pleidooi om Legionella metingen altijd in context te plaatsen: wanneer zijn de monsters genomen en hoe was het systeem er op dat moment aan toe? Werkt de gebruikte monsterpot niet verstorend op de meting? Hij gaf verschillende suggesties om dingen beter te doen, want handelen op een enkele meting met een lage betrouwbaarheid, dat is toch niet zinvol voor onze maatschappij?

Kevin Kanters van Hydroscope vertelde over de zorgvuldigheid waarmee het uitplaten van Legionella monsters gebeurt in het lab. Zeer zorgvuldig en volgens protocollen. Rob Elzinga van Microbial Analysis presenteerde juist die andere manier van analyseren: de DNA-technieken. Beide methoden hebben hun nut en waarde, én beperkingen.

De presentatie van Mascha van Hofweegen van KWA bedrijfsadviseurs werd verzorgd door Bart-Jan Kordes. Mascha gaf ook voorbeelden van grote verschillen in meetresultaten en factoren die die resultaten beïnvloeden. Ze pleitte voor goed ontworpen systemen, identificeren van biofilm in monsters en online monitoring.

Marcel Oonk van Nijhuis Saur Ozone solutions riep op tot continu waterbeheer. Op dit moment rijden we met een blik op de achteruitkijkspiegel ipv op het dashboard. Meer online monitoring maar ook interpretatie met modellen en het beheersen van risico’s.

Angela Pinzon Pardo van Nalco Water presenteerde een algoritme dat Nalco heeft ontwikkeld om uit historische data te voorspellen of er een laag midden of hoog risico is op Legionella groei in een systeem. Het algoritme gebruikt daarbij geen Legionella metingen, het model helpt om de Legionella metingen te interpreteren en het besmettingsrisico in te schatten. 

Naomi Schilderink tenslotte van Normec Kalsbeek nodigden de aanwezigen uit om deel te nemen aan het ‘platform Duurzaam Legionellabeheer’ dat mede is opgericht door CEW en KWR. Het platform gaat zich inzetten om het meten van Legionella in afvalwater te verbeteren. Naomi heeft meegeschreven aan de handreiking die is gemaakt voor omgevingsdiensten voor handhaving van Legionella overschrijdingen in afvalwaterzuiveringen.

De bijeenkomst werd mede gefinancierd door de TKI Watertechnologie en georganiseerd in samenwerking met Water Alliance.