Geopolitiek beleven we onrustige tijden, maar kijk naar de beurzen en handelsmissies en je ziet dat er echt nog veel dynamiek is. Op onze kalender staan deze en komende maanden handels-, economische en innovatiemissies naar Indonesië, Spanje, Canada en Brazilië. In Chicago hebben we in oktober dan de WEFTEC en in november in Rimini de Ecomondo beurs.
Volop activiteiten, dus. En wij doen mee. We voeren het exportbevorderingsprogramma WTEX10 uit voor de ministeries van Infrastructuur & Waterstaat en Economische Zaken. Dat betekent dat we extra focussen op landen als Spanje, Portugal, Italië en Verenigd Koninkrijk en ook Noord-Amerika.
En die missies zijn heel nuttig. Dat merkte ik weer tijdens een missie naar Italië begin dit jaar waar (inmiddels opgestapte) handelsminister Klever een ronde tafel opende die ik voorzat tussen Nederlandse en Italiaanse bedrijven. Dan ben je met 5 tot 10 bedrijven een paar dagen intensief in contact met potentiële eindgebruikers, zoals utilities en industrieën. Je legt contacten, bouwt aan relaties en tijdens zo’n missie gaat dat best goed. Dat helpt bedrijven die nog geen voet aan de grond hebben in zo’n markt.
Op deze manier snijdt het mes aan twee kanten. Enerzijds ben je in de markt bezig, anderzijds laat je aan Den Haag zien welke kant het opgaat met de watertechnologie. Want onze sector is dan wellicht niet supergroot, ze heeft wel veel impact in de brede economie en maatschappij. Want kijk je naar de effecten in sectoren als de voedingsmiddelenindustrie en de chemie, dan is water gewoon een ‘license to produce’. Daarmee raakt de watertechnologie de ontwikkeling van allerlei sectoren en is van grote betekenis voor het verdienvermogen van Nederland.
En dan gaat het in onze watersector niet alleen over drinkwater produceren of zuiveren van afvalwater, het gaat ook over proceswater in allerlei industrieën. Want veel van onze leden zijn juist in andere sectoren actief. De ene keer zit je met een missie aan de voedingsmiddelenkant, de andere keer in drinkwater of lekverlies, ook een groot thema.
Nederland heeft vooral kansen waar het innovatieve technologie betreft, want je moet toegevoegde waarde bieden, het moet slimmer en efficiënter zijn. Dit uitgangspunt vind je ook terug in UPPWATER, het groeiplan watertechnologie om de internationale positie en groei van de Nederlandse watertechnologiesector te versterken. Deze zomer opent UPPWATER twee nieuwe subsidierondes met een totaalbudget van 23 miljoen euro.
Die zijn gericht op de programmaonderdelen ‘pilots’ en ‘fullscale demonstraties’, maar het integrale UPPWATER programma omvat de gehele keten van onderzoek tot marktintroductie. En als Water Alliance zijn we bezig om het end-user programma’s op te zetten, als onderdeel van het 4e programmaonderdeel van UPPWATER, naar de markt. Daarin zit ook het element om jonge technologiebedrijven in contact te brengen met potentiële eindgebruikers om te zien hoe de markt reageert op hun nieuwe technologieën.
Voor bedrijven is het dan ook heel belangrijk dat ze potentiële klanten uit het buitenland kunnen laten zien dat ze referenties in Nederland hebben, met opstellingen bijvoorbeeld bij waterschappen. En die buitenlandse interesse hebben ze nodig, want de potentie van de Nederlandse markt is natuurlijk interessant, maar is voor een bedrijf in de watertechnologie al gauw niet groot genoeg om voldoende te kunnen groeien.
Dus kijk je naar het buitenland. Met goede referenties hier in Nederland bouw je dan je argumentatie op om te laten zien dat jouw nieuwe technologie veel toegevoegde waarde heeft ten opzichte van traditionele oplossingen. Zo leg je de basis voor een entree op een buitenlandse markt. En voor verdere groei.
Hein Molenkamp
Managing Director Water Alliance
h.molenkamp@wateralliance.nl
New Business is een rubriek die vier keer per jaar te vinden is in watervakblad H2O magazine en als onderwerp (Nederlandse) innovaties in de watertechnologie heeft. Naast een inleiding van Water Alliance directeur Hein Molenkamp worden diverse bedrijven geshowcased.
